"Opa, waarom vechten mensen?"
De oude man, die naar de ondergaande zon keek, naar de dag die zijn strijd met de nacht aan het verliezen was, sprak met kalme stem.
"Ieder mens krijgt er vroeg of laat mee te maken. Ieder mens wacht een gevecht dat gestreden moet worden en gewonnen of verloren wordt. Want de felste strijd is die tussen twee wolven."
"Welke wolven, opa?"
"De wolven die ieder mens in zich draagt."
Het kind kon het niet begrijpen. Hij wachtte tot de opa het moment van stilte doorbrak dat hij tussen hen had laten vallen, misschien om zijn nieuwsgierigheid aan te wakkeren. Ten slotte ging de oude man, die de wijsheid der jaren in zich droeg, weer verder op kalme toon.
"In ieder van ons bevinden zich twee wolven. De ene is slecht en leeft van haat, jaloezie, afgunst, wrok, onterechte trots, leugens en egoïsme."
De oude man zweeg opnieuw, deze keer om te laten bezinken wat hij zojuist had gezegd.
"En de andere?"
"De andere is de goede wolf. Hij leeft van vrede, liefde, hoop, vrijgevigheid, mededogen, nederigheid en geloof."
Het kind dacht even na over wat zijn opa hem net had verteld.
Vervolgens bracht hij zijn nieuwsgierigheid en gedachten onder woorden. "En welke wolf wint?"
De oude Cherokee draaide zich naar hem om en antwoordde met heldere blik. "Degene die je het meeste te eten geeft."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten